Individuele ondersteuning in de praktijk
vrijdag 13 november 2020
Kain zit in groep 7 en hij heeft DCD. Hierdoor heeft hij onder andere moeite met concentreren, organiseren en plannen. Daarnaast is schrijven lastig voor hem en lukt begrijpend lezen ook niet zo goed.
We starten met een praatje over hoe het met hem gaat. Hij vertelt over een huiswerk probleempje van afgelopen zondag. Hij had twee vakken voor die dag gepland, maar dit bleek teveel. Hierdoor heeft hij een toets voor maandag niet kunnen leren.
We bespreken samen verschillende oplossingen, zodat dit een volgende keer geen stress geeft. Een toets heb je niet elke week. Hij kiest ervoor om het leren van een toets voortaan in stukjes te knippen en elke dag zo'n stukje leren in te plannen op zijn i-padplanning. Dan hoeft hij de stof de dag voor de toets alleen maar te herhalen.
Daarna testen we met welke pen hij het makkelijkst kan schrijven. Uit een hele serie pennen met een ondersteunende pengrip, kiest hij de pen die van hem de minste kracht vraagt en waarvan hij vindt dat hij het prettigst schrijft. Deze pen zal ik doorgeven aan de intern begeleider, zodat deze hem kan aanschaffen voor Kain.
Een paar weken geleden heeft Kaïn een vragenlijst ingevuld over zijn beeld van wat hem geen moeite kost en over waar hij nog tegenaan loopt. Hieruit kwam onder andere dat hij graag minder wil dagdromen tijdens het zelfstandig werken. Door na te denken over situaties waarin hij vervalt in dagdromen, komt hij erachter dat er eigenlijk 2 momenten zijn waarop hij dit doet. Als het zelfstandig werken te lang duurt, dwalen zijn gedachten af. Hij vertelt dat hij vorig jaar hiervoor een TimeTimer op zijn tafel had die elke 20 minuten een klein piepje gaf als seintje om even een rondje te lopen. Dit hielp toen. Die gaat hij gelijk weer gebruiken.
Het tweede moment is wanneer hij wordt afgeleid. Hierdoor overziet hij niet meer waar hij mee bezig is en kan hij niet verder. Om dit te voorkomen besluit hij de juf te vragen of hij tijdens het zelfstandig werken apart mag gaan zitten in of buiten de klas.
Beide ervaringen zijn kenmerken van DCD. Hier zal hij dus vaker mee geconfronteerd worden. Het mooiste van dit gesprekje is dat Kaïn zelf zijn oplossingen bedenkt, waardoor hij eigenaar wordt van zijn proces.
Kaïn leest op dit moment het boek ' De Gorgels en het geheim van de gletsjer' van Jochem Myer. Eerst vertelt hij mij wat hij de afgelopen week zelf gelezen heeft in de klas, want ik wil niets van het verhaal missen. Dan gaan we verder in het boek en lezen we om de beurt een bladzijde. We hebben het terwijl we lezen over betekenissen van woorden en ik vraag of hij situaties en beschrijvingen kan uitleggen of in zijn eigen woorden kan vertellen. Zo oefenen we begrijpend lezen op een natuurlijke manier met een van zijn favoriete boeken.
Tot slot speelt hij het piratenspel, een SmartGame waarbij eerst een situatie overzien en een strategie bepalen helpen op sneller de oplossing te vinden. Zo oefent Kaïn onder andere plannen en organiseren.
Het uur vliegt om en Kaïn gaat met een goed gevoel terug naar de klas.
(Dit verslag is een voorbeeld van wat tijdens een begeleiding aan de orde kan komen. Kain is een fictieve leerling)